De term allergie werd voor het eerst geïntroduceerd door Von Pirquet (afgeleid van het Grieks ‘allos’ en ‘ergos’, wat respectievelijk ‘veranderd’ en ‘reactie’ betekent). Onder allergie verstaat men een afwijkende reactie die per definitie immunologisch is gemedieerd. Terwijl een immunologische reactie het organisme onder normale omstandigheden beschermt tegen externe agressors, ziet men bij een allergische reactie via immunologische mechanismen afwijkingen ontstaan. Meestal zijn allergische reacties IgE-gemedieerd, maar ook andere mechanismen kunnen een rol spelen bij een allergische reactie.

Een aangeboren allergie houdt in dat er een zekere graad van erfelijkheid bestaat of dat er intra-uteriene reacties (zoals sensibilitsatie) ontstaan, die postnatale problemen zullen geven. De meest voorkomende vorm is echter een aangeboren IgE-gemedieerde allergie. Van dit type allergie is bekend dat er een genetische aanleg voor allergie aanwezig moet zijn, maar dat de uiting ervan mede afhankelijk is van omgevingsfactoren, vooral contact met allergenen. Als er een uitgesproken aanleg is, zal de expressie makkelijker en sneller gebeuren en is maar een kleine uitlokking vereist. Momenteel neemt men aan dat vroege blootstellingen aan allergenen, zowel voor de geboorte als tijdens de eerste levensmaanden, bepalend zijn voor latere expressie van allergieën, omdat het immuunsysteem in deze vroege levensfase gemakkelijker kan worden geconditioneerd.

De vraag in de titel van dit artikel moet dus positief worden beantwoord: ja, indien een zuigeling een belangrijke erfelijke aanleg voor allergie heeft en vroeg in het leven al in contact komt met een hoge blootstelling aan allergeen, kan dit vroegtijdig aanleiding geven tot allergische klachten zoals eczeem, astma en hooikoorts. Meestal is de sensibilisatieperiode aanzienlijk, zodat allergieën over het algemeen enkel tot uiting komen tijdens de eerste levensjaren. Voedingsallergieën komen meestal wel sneller tot uiting dan inhalatie allergieën.

Geef een reactie