Bijna alle dieren hebben ogen. Dit is geen toeval, aangezien de meeste dieren eenzelfde voorouder hebben. Ergens bij één van onze voorouders is het oog ontstaan. Ergens toen er alleen nog maar vissen waren is het oog voor het eerst opgedoken. Het primitieve oog kon alleen nog maar licht detecteren. De eerste vissen met ogen konden zo zien of zij naar boven of naar beneden zwommen (naar het daglicht). Dit was 540 miljoen jaar geleden [bron]. Het oog is in de tussentijd natuurlijk erg verbeterd, maar is het oog af?

Het oog: Een imperfecte creatie

Het feit dat mensen nog steeds aan ooglaseren moeten doen, bewijst dat het oog niet perfect is. Veel ogen van mensen kunnen na een aantal jaar al niet meer scherp stellen. In het wild voor dieren zou dit uiteraard een ware catastrofe zijn. De evolutie van het oog is dus nog niet klaar. Echter, gaat de evolutie nog wel door? Omdat iedereen in leven wordt gehouden en mensen met alle soorten ogen ook door kunnen leven, worden mensen niet meer uitgekozen op sterke lichamelijke kwaliteiten. Hierdoor zal de evolutie van het oog niet verder gaan. Gelukkig zijn wij met de ontwikkelingen in de gezondheidszorg al een heel eind op weg om ons oog voor bijna iedereen een leven lang mee te laten gaan. Wat gebeurd er echter, wanneer de gemiddelde leeftijd 120 is? Gaat het oog dan ook nog een heel leven mee? De verwachting is dat dit niet het geval is. Echter, misschien hebben we rond die tijd wel bionische ogen, of gekweekte ogen die meteen klaar zijn voor transplantatie.

Het oog van begin tot eind

Zoals eerder genoemd was het oog dus eerst alleen om kleine lichtdeeltjes op te vangen van de oppervlakte. Toen meer vissen ogen begonnen te krijgen, was het natuurlijk van belang dat roofvissen ontweken werden. Hierdoor is toen beweging detecteren ook deel geworden van het oog. Het is niet moeilijk om te bedenken dat er toen steeds meer delen bij kwamen. Zeker toen de eerste dieren het land op gingen, was er steeds meer vraag naar goede ogen. Ook het zien van verschillende kleuren werd toen steeds belangrijker, bijvoorbeeld bij het identificeren van fruit. Het oog was toen echter nog steeds niet zoals we deze nu kennen. Een T-Rex bijvoorbeeld, kon alleen maar beweging detecteren. Stond je dus stil voor een T-Rex, dan zag hij je helemaal niet. Ook dit soort zicht is nog steeds te vinden in de wereld. Sommige padden kunnen verhongeren met een berg aan dode vliegen (hun voedsel) naast zich. Omdat ze niet zien dat de vliegen bewegen, zien ze de vliegen helemaal niet!